Duurzaamheid is een steeds belangrijker thema in de foodservice sector, zowel in Nederland als in België. Uit recent onderzoek van de GROUP7 Professional Community, uitgevoerd in juni 2024, blijkt dat hoewel de sector in beide landen duurzaamheid hoog in het vaandel heeft staan, er aanzienlijke verschillen zijn in de wijze waarop bedrijven dit in de praktijk brengen.
Belang van duurzaamheid: Nederland en België vergeleken
In Nederland beschouwt 56% van de respondenten duurzaamheid als (zeer) belangrijk voor hun bedrijf, terwijl dit percentage in België hoger ligt op 61%. Beide landen tonen een vergelijkbaar patroon waarbij de nadruk op duurzaamheid het sterkst is in de cateringsector: 73% in Nederland en 81% in België. Ook de horeca en fastservice sectoren volgen dit patroon, hoewel met lagere percentages.
Interessant is dat in beide landen bedrijven die onderdeel zijn van een keten of centrale inkoop vaker duurzaamheid belangrijk vinden dan zelfstandig opererende bedrijven. Dit wijst op de invloed van georganiseerde structuren op duurzame initiatieven.
Acties tegen voedselverspilling en andere duurzaamheidstrends
Voedselverspilling staat in beide landen centraal als belangrijkste duurzaamheidstrend. In Nederland geeft 33% van de respondenten aan dat dit de prioriteit heeft, terwijl in België meer dan de helft van de bedrijven voedselverspilling als topprioriteit beschouwt.
Andere belangrijke trends zijn het gebruik van lokale producten en de vermindering van plastic. In Nederland koopt 20% van de bedrijven meer lokaal in, tegenover 40% in België. Op het gebied van plasticreductie ligt Nederland iets voor met 47% van de bedrijven die actie ondernemen, vergeleken met 36% in België. In de fastservice sector zien we dat 63% van de Nederlandse bedrijven minder plastic gebruikt, wat beduidend hoger is dan de 45% in België.
Regionale en sectorale verschillen
In België zijn er opmerkelijke regionale verschillen. Vlaamse bedrijven investeren bijvoorbeeld vaker in groene energie (29% vs. 15% in Wallonië/Brussel) en kopen eerder lokaal in (48% vs. 36%). In Nederland zijn dergelijke regionale verschillen minder uitgesproken, maar sectorale verschillen spelen wel een belangrijke rol.
Binnen de cateringsector van beide landen worden de meeste concrete stappen genomen, zoals het verminderen van voedselverspilling (72% in België, 56% in Nederland) en het gebruik van minder plastic. Echter, het gebruik van minder gas en elektriciteit wordt vaker gerapporteerd door bedrijven in Nederland (35%) dan in België (20%).
Ambities en ondersteuningsbehoeften
In zowel Nederland als België tonen bedrijven sterke duurzaamheidsambities. In Nederland heeft 84% van de respondenten deze ambities, tegenover 88% in België. De doelen zijn vergelijkbaar, met een sterke focus op het verminderen van verpakkingsmateriaal, plastic, en het gebruik van gas en elektriciteit.
Opvallend is dat in België bijna 90% van de bedrijven aangeeft behoefte te hebben aan extra ondersteuning om hun duurzaamheidsdoelen te bereiken, terwijl dit percentage in Nederland iets lager ligt. Zowel in Nederland als België is er een duidelijke vraag naar ondersteuning van fabrikanten, financiering en extra tijd van personeel.
Conclusie
Hoewel de foodservice sector in zowel Nederland als België stappen zet richting een duurzamere toekomst, zijn er duidelijke verschillen in aanpak en prioriteiten. In België ligt de focus sterker op voedselverspilling en regionale duurzaamheid, terwijl Nederland meer nadruk legt op plasticreductie en energieverbruik. Beide landen hebben echter nog aanzienlijke ondersteuning nodig van fabrikanten, grossiers en andere partners om hun duurzaamheidsambities volledig te realiseren.
Effectieve samenwerking en gerichte acties blijven cruciaal om de sector in beide landen verder te verduurzamen en de doelstellingen te verwezenlijken.